RvV : Art. 9ter : arts van de DVZ moet rekening houden met de verslagen van arts-specialisten

De Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) stelt in zijn arrest 322 928 van 7 maart 2025 dat het advies van de arts van de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ), een huisarts die de persoon niet onderzocht heeft, onvoldoende gemotiveerd werd. Hij heeft geen rekening gehouden met de verslagen van de twee arts-specialisten die concludeerden dat haar gezondheidstoestand was verslechterd en dat zij niet in staat was om te reizen. De RvV is van oordeel dat de DVZ-arts om nadere informatie bij de specialisten had moeten vragen als hij van mening was dat hij over onvoldoende informatie beschikte.


Feiten :

Verzoekster, een Kameroense onderdaan, kwam in 2014 met een studentenvisum naar België en verbleef hier legaal tot september 2020. Omdat zij aan ernstige hepatitis B leed, diende zij in augustus 2018 een aanvraag in voor een verblijfsvergunning om medische redenen op grond van artikel 9ter Verblijfswet. Na twee afwijzende beslissingen van de DVZ die door de RvV werden vernietigd (arresten nr. 221.963 van 28 mei 2019 en nr. 271.317 van 15 april 2022), heeft de DVZ de aanvraag op 19 oktober 2023 opnieuw afgewezen omdat hij van mening was dat de noodzakelijke behandelingen in Kameroen beschikbaar en toegankelijk waren en dat er geen medische contra-indicaties waren voor een terugkeer.

De verzoekster betwistte deze beslissing en voerde aan dat haar gezondheidstoestand was verslechterd aangezien haar hepatitis B was geëvolueerd naar cirrose. Haar behandelende artsen, twee hepatologen-gastro-enterologen, verklaarden dat zij niet in staat was om te reizen, dat gespecialiseerde universitaire zorg onontbeerlijk was en dat een terugkeer naar Kameroen de patiënte in levensgevaar zou brengen vanwege de ontoegankelijkheid van zorg en behandelingen (met name het medicijn Vemlidy).

Discussie :

De RvV stelt vast dat de arts van de DVZ, een huisarts, zijn advies heeft gegeven zonder de verzoekster te hebben onderzocht of haar specialisten te hebben geraadpleegd en zich heeft beperkt tot het gedeeltelijk lezen van de medische attesten. Het advies is in tegenspraak met de duidelijke en overeenstemmende bevindingen van de behandelende specialisten. Deze bevindingen wijzen op een ernstig risico van leverdecompensatie en een fatale afloop in geval van terugkeer en op de ongeschiktheid van verzoekster om te reizen gezien haar fysieke toestand, afgezien van de stopzetting van de behandeling die dit met zich meebrengt. De arts van de DVZ beperkte zich tot de opmerking dat vliegen geen fysieke inspanning vereist, dat het mogelijk was om aanpassingen te vragen aan de luchtvaartmaatschappijen en dat het voor de patiënte voldoende was om in haar stoel te rusten en haar behandeling en hygiënische en voedingsvoorschriften na te leven waardoor de DVZ-arts de ernst van de diagnose bagatelliseerde.

De RvV is van mening dat de raadgevende arts, aangezien hij afwijkt van het advies van medische specialisten, deze had moeten raadplegen, aangezien hij de verzoekster nooit heeft onderzocht en geen deskundige is op het gebied van de lever. Door dit niet te doen, heeft hij zijn informatieplicht niet nageleefd. De Raad verwijst in dit verband naar de aanbeveling van de federale Ombudsman in het rapport van 2016 over medische regularisatie, namelijk de intrekking van de instructie die elk contact tussen medisch adviseurs en behandelende artsen verbiedt.

De RvV concludeert dat het weigeringsbesluit niet voldoende gemotiveerd is, wat in strijd is met de artikelen 9ter en 62 van de wet van 15 december 1980 en met het beginsel van zorgvuldigheid.

Bijgevolg vernietigt de RvV de beslissing van de DVZ waarbij de aanvraag tot verblijfsvergunning op grond van artikel 9ter van de wet van 15 december 1980 ongegrond wordt verklaard.

> RvV nr. 322.928 van 7 maart 2025
> Rapport van de federale Ombusdman van 2016 over medische regularisatie

14 novembre 2025


Documents & formulaires
Publications
Législation et jurisprudence